Freedom of the spoken word
Datum en aanvang | 20 november 2022, 16:00 uur
Locatie | Bibliotheek De Mariënburg, Mariënburg 29
Artiesten | Gershwin Bonevacia, Amara van der Elst, Derk Wijkamp, Sam Theunissen, Jochem Kruit
De Tweede Wereldoorlog leeft onder veel jongeren nog steeds. Zowel wat de herdenking betreft, als het vieren van de vrijheid. Alleen is vrijheid voor iedereen iets anders.
Spoken word is een kunstvorm die jongeren de mogelijkheid geeft om zich uit te spreken en hun stem te vinden. Daarom treden op zondag 20 november in Bibliotheek De Mariënburg spoken word-artiesten Gershwin Bonevacia, Amara van der Elst en (voormalig) campusdichters op om de grote razzia van 17 november 1942 te herdenken. Ze vertellen in hun eigen woorden en op grond van hun eigen ervaringen het verhaal van jongeren die tijdens deze razzia omkwamen.
Over de spoken word-artiesten
Gershwin Bonevacia is dichter, schrijver en performer. Van maart 2019 tot januari 2022 was Gershwin stadsdichter van Amsterdam, en schreef hij maandelijks een gedicht in Het Parool. Zijn poëziedebuut Ik heb een fiets gekocht gaf hij in 2017 in eigen beheer uit en maakte hij eigenhandig tot underground classic door er meer dan 6000 exemplaren van te verkopen. In 2021 verscheen zijn nieuwe dichtbundel Toen ik klein was, was ik niet bang uit bij uitgeverij Das Mag en vertaalde hij het kinderboek Zo klinkt verandering van de befaamde Amerikaanse spoken word artiest Amanda Gorman. Gershwin was dit jaar een van de schrijvers van ‘3PAK’, het gratis geschenk van de Boekenweek van Jongeren. Het was de eerste keer dat er een dichter meewerkte aan ‘3PAK’. In 2023 staat hij in het theater met de voorstelling Terug naar Prinsenplein.
Amara van der Elst woont in Rotterdam, maar haar thuis is op het podium. Ze doet de voltijd studie Creative Writing aan ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten in Arnhem. Daarnaast heeft ze haar eigen spoken word writerscamp genaamd Rhyme & Reason en draagt ze de titel van Onderwijs Innovatie Talent van het Jaar. Ze schreef columns voor Volkskrant en staat op het album 'Binnenste Buiten' met Spraakuhloos.
Sam Theunissen studeert Linguistics and Communication Sciences aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, waar ze in 2021-2022 campusdichter was. Ze schrijft poëzie waarin de grens tussen realiteit en dagdromen vervaagt, en stond hiermee eerder op het Wintertuinfestival, Dichters in de Prinsentuin en bij Mensen Zeggen Dingen. Diens gedichten zijn geplaatst in Kluger Hans en Seizoenszine, en zelf is ze redactielid bij literair tijdschrift Op Ruwe Planken.
Jochem Kruit schrijft al vanaf zijn vijftiende gedichten, maar verscheen de afgelopen jaren pas serieus op het toneel. Met een eerste optreden op een groter podium in 2019 (Het Tuinfeest), mocht hij zich vervolgens van 2020 tot 2022 trots Campusdichter van Nijmegen noemen.
Derk Wijkamp is de huidige campusdichter van de Radboud Universiteit. Hij schrijft poëzie en laat dit geregeld horen bij officiële gelegenheden van de universiteit en in de stad, naast optredens op literaire festivals en andere podia. Hij studeerde eerst bestuurskunde en nu filosofie. Ook is hij bestuurslid bij Cultuur Op De Campus en lid van de Universitaire Studentenraad. Hierbij zijn gedicht:
Zachte bloemen
Omdat we niet wilden dat onze ouders het een en ander zouden vermoeden
hadden we slechts een half uur de tijd om bij elkaar te zijn.
We hadden afgesproken op het Waalstrand,
jij had een flesje grenadine mee en ik een kleedje om op te zitten.
Ik zag hoe de zon daar door jouw vingers schitterde toen ik tussen jouw benen plaatsnam
en jij figuren maakte met je handen voor mijn ogen:
een konijntje, een duif en een pistool.
Ik draaide me om en zag voor het eerst de
gele gloed van de ondergaande zon in jouw kastanjebruine haar.
Jij gaf mij toen onze eerste zoen en het was alsof alles wit werd,
alsof de radio die thuis in de kast staat haar signaal verloor
en de woorden plaats hadden gemaakt voor ruis.
De wereld was goed, alles was goed en lief en mooi
en zacht als de bloemen die je voor me mee had gebracht.
Ik heb je toen beloofd dat ik altijd bij je zou blijven, je eeuwig trouw zou zijn.
En daar heb ik me aan gehouden.
God weet, dat ik me daaraan heb gehouden.
Niet al te lang daarna, maar inmiddels een leven lang geleden
was er oorlog en dood,
werd er geplunderd en verkracht,
werden er mensen tegen de muur gezet,
omdat ze om hun afkomst werden veracht.
Op een avond stond er voor jou een overvalwagen klaar,
twintig uniformen liepen door de straten waar de zon net onder de daken was gezakt
en trokken je zo, aan je kastanjebruine haar, het kozijn uit.
Ik kon je niet eens gedag zeggen, kreeg geen kus op mijn wang zoals iedere ochtend
als je naar je werk ging en ik nog even op bed bleef liggen,
geen tedere knuffel waar ik altijd vlindertjes van kreeg,
niet eens een vlugge zwaai, die de tederheid verzweeg,
maar op dat moment toch zou benadrukken.
Geen idee waarom ze jou moesten hebben,
schijnbaar waren ze uit op de lieve mensen,
het soort mensen die bloemen voor je zouden kopen op de markt,
het soort mensen die je op schoot nemen en knuffelen als je verdrietig bent.
Schijnbaar wilden ze de liefde uitroeien.
In elk geval was de liefde tussen ons in de kiem gesmoord
nu slechts de wind uit het Oosten nog kan fluisteren wat ik toen niet heb gehoord:
‘Vaarwel mijn liefste, ik zal altijd van je houden’
En dat heb je gedaan,
ik weet zeker dat je dat hebt gedaan.
Wat heb ik gehad? De onvoorwaardelijke liefde van de jeugd.
En wat ben ik nu? Een oude vrouw met een jongen in haar hart.
En wat heb ik gedaan? Zestig jaar lang ging ik iedere zondagochtend naar jouw graf
en nam bloemen voor je mee, diezelfde zachte bloemen die jij toen aan mij gaf.
Oh lieve schat, ik ben nog hier, maar eerstdaags kom ik naar jou,
want het heeft lang geduurd en nu ben ik moe, ik ben nu een oude vrouw.
Dus ik wikkel mij in witte doeken en ga liggen in de ochtenddauw.
En dan, omringd door zachte bloemen, leg ik mijn neer naast jou.
Tijden
16.00
Adres
Bibliotheek De Mariënburg, Mariënburg 29